Wendy van Eijk: "de VVD kiest met dit Belastingplan voor stabiliteit en voor maatregelen die ons economisch fundament versterken."

In dit artikel:

De VVD heeft in de plenaire afronding van het Belastingplan 2026 haar beoordeling gegeven, waarbij proces en inhoud beide aan bod kwamen. De partij benadrukt dat de behandeling dit jaar intensief en gedetailleerd is verlopen (schriftelijke ronde, twee dagen wetgevingsoverleg), maar wijst erop dat meerdere amendementen en moties nog in voorbereiding zijn. Vanuit de VVD staan drie uitgangspunten centraal: meer koopkracht voor werkenden, een sterke economie en ruimte voor ondernemers. Stabiliteit, voorspelbaarheid en uitvoerbaarheid van het belastingstelsel zijn daarbij leidend.

Belangrijkste inhoudelijke punten voor de VVD:
- Koopkracht en arbeidsprikkels: Werkenden gaan er in 2026 gemiddeld 1,3% op vooruit (ongeveer €40 per maand bij modaal). De VVD juicht de verhoging van de arbeidskorting toe, maar wil dat werken nog duidelijker loont, vooral voor middeninkomens.
- Vaste lasten en energie: De hogere belastingvermindering op de energierekening wordt gewaardeerd als een eenvoudige verlichting voor huishoudens. Tegelijk vraagt de VVD aandacht voor mkb-bedrijven die ook hoge energiekosten hebben.
- Brandstofaccijns: De verlenging van de lagere accijns wordt toegejuicht omdat het autorijden betaalbaar houdt voor veel werkenden. De VVD verzet zich tegen voorstellen om de accijns toch te verhogen, omdat dat een onverwachte financiële tik voor huishoudens zou zijn.
- Veteranenvergoeding: De VVD vindt belastingvrijstelling van de bijzondere invaliditeitsverhoging voor veteranen gerechtvaardigd in termen van rechtvaardigheid (vergelijkbaar met vrijstelling van smartengeld), maar wil eerst de uitkomst van de lopende procedure afwachten.
- Ondernemers en investeringsklimaat: Sterke kritiek op maatregelen die het investeringskapitaal verminderen. Verhoging van de heffing op aanmerkelijk belang wordt gezien als schadelijk voor investeringsfondsen, start-ups, scale-ups en het mkb; de VVD bereidt een amendement voor om inwerkingtreding uit te stellen tot 1 januari 2029. Ook verzet tegen verruiming van box 3: een hoger forfait (bijna 8%) en lager heffingsvrij vermogen raakt spaarders, particuliere verhuurders en eigenaren van bijzondere onroerende zaken en zou honderdduizenden nieuwe belastingplichtigen opleveren terwijl de uitvoeringscapaciteit beperkt is.
- Familiebedrijven en BOR: Teleurstelling dat verruiming van de bedrijfsopvolgingsregeling (BOR) niet doorgaat, maar opluchting dat versobering is vermeden. De VVD wil duidelijkheid voor familiebedrijven om langetermijninvesteringen mogelijk te maken.
- Kennismigranten en vestigingsklimaat: De VVD waarschuwt voor gevolgen van versoberingen van de kennismigrantenregeling (ETK) en vraagt of dit impact kan hebben op de 30%-regeling; het vestigingsklimaat moet beschermd worden.
- Innovatie-instrumenten: Ondersteuning voor versterking van de WBSO, maar zorg dat startups en scale-ups opgebouwde voordelen kunnen meenemen naar latere jaren wanneer ze die kunnen benutten.
- Fonds voor gemene rekening: Het overgangsrecht is te beperkt, vooral voor buitenlandse fondsen die onbedoeld belastingplichtig kunnen worden; een amendement is in voorbereiding.
- Internationaal en administratieve lasten: Voor Pijler 2 (internationale belastingregels) is de VVD vóór het principe maar tegen uitbundige administratieve lasten en verlies van concurrentiekracht. De partij wil in Europa strijden voor vereenvoudiging en een gelijk speelveld.
- Klimaat en luchtvaart: Steun voor het terugbrengen van de nationale CO2-heffing naar Europees niveau om industrie concurrerend te houden. Tegen hogere vliegbelastingen in het algemeen, maar begrip voor differentiatie. Waarschuwing dat uitzonderingen voor transferpassagiers en extra nationale lasten het businessmodel van luchtvaartmaatschappijen en luchthavens kunnen schaden, met name regio‑luchthavens.
- Begrotingsdiscipline en uitvoerbaarheid: Ondanks verbeterde financiële positie waarschuwt de VVD dat overheidsfinanciën kwetsbaar blijven (hogere rente, vergrijzing). De partij zal amendementen die het tekort in 2026 laten oplopen niet steunen (huidig tekort 2,9%). Er wordt opgeroepen tot vasthouden aan begrotingsregels, prioritering en terughoudendheid, ook in demissionaire tijd. De Belastingdienst heeft beperkte uitvoeringscapaciteit; eenvoud, rechtszekerheid en realistische prioritering zijn cruciaal om overbelasting te voorkomen.

Kernboodschap: De VVD steunt onderdelen van het Belastingplan 2026 die koopkracht versterken, vaste lasten verlichten en het ondernemingsklimaat beschermen, maar verzet zich tegen maatregelen die de investeringsruimte schaden, de uitvoerbaarheid overbelasten of de langetermijnstabiliteit van de overheidsfinanciën ondermijnen. De partij wil waar nodig uitstel of aanpassing van ingrijpende maatregelen en blijft scherp op uitvoerbaarheid en concurrentiekracht.